Analyse en beleggingsresultaten

Hoogste economische bedrijvigheid in 15 jaar

De gang zit er goed in. Veel economische voorspellingen van macro-analisten zijn waargemaakt of overtroffen. In de Verenigde Staten werden ijzersterke groeicijfers gepubliceerd: de economie groeide met 6,4% op jaar­basis. Veel aandelen zetten de koersstijging voort en diverse beurzen staan weer op recordniveaus of zitten daar tegenaan. Obligatiekoersen hadden wat last van licht gestegen rentes, maar veel obligatiecategorieën profiteerden van een dalende risico-opslag.


“Omzetten stijgen en winstverwachtingen nemen toe. Dit zijn belangrijke pilaren onder de beurskoers van veel aandelen.”


De goudprijs toonde een hoge volatiliteit dit kwartaal. Door de toegenomen inflatiever­wachtingen was er in de eerste twee maanden een forse koersstijging. Nadat de vrees voor inflatie afnam, daalde de koers weer en bleef een bescheiden positief resultaat over.


Dat de economie in veel landen zo sterk groeit, komt doordat lockdown­maatregelen langzaam verdwijnen. Niet overal gaat de groei even snel, maar de vooruitzichten verbeteren wel. Bovendien nemen consumenten­bestedingen toe. Omzetten stijgen en winstverwachtingen nemen toe. Dit zijn belangrijke pilaren onder de beurskoers van veel aandelen.


De economische groei heeft ook impact op de prijzen van grondstoffen, die over een breed front zijn gestegen. Een tekenend voorbeeld is de prijs van ruwe olie, die in 2021 al meer dan 50% is gestegen. De inflatie is mede hierdoor recent opgelopen. Dit heeft een opwaarts effect gehad op de lange rente in veel landen. Centrale banken verwachten echter dat de stijging van de inflatie van tijdelijke aard is en houden de korte rente voorlopig laag. De koersen van obligatiebeleggingen lieten een kleine plus zien.

Sterke kwartaalcijfers

De laatst gepubliceerde kwartaalcijfers waren goed. Een overgroot deel van de grote bedrijven rapporteerde resultaten die beter dan verwacht waren.

Opvallend daarbij was de opmars van aandelen uit de technologie-, healthcare- en vastgoed­sector, die mede profiteerden van de verbeterde economische groei­vooruitzichten. Aandelen­beleggingen in de model­portefeuilles hebben sterk bijgedragen aan de stijging van het resultaat in het tweede kwartaal.

Regionale aandelenrendementen

1 april 2021 t/m 30 juni 2021

Europa

MSCI Europe Index

+6,5%

Het verdere herstel van de economie was goed zichtbaar in de verwachting van producenten. De PMI, het vertrouwen van inkoopmanagers, steeg tot het hoogste niveau in vijftien jaar. Dat vertrouwen was met name zo hoog, doordat in steeds meer landen de economie herstelt na het versoepelen van corona­maatregelen. Het sentiment onder aandelen­beleggers was ook positief doordat de ECB voorlopig blijft stimuleren en er in Europa geen dreiging van inflatie is. Aandelenkoersen in Europa stegen in het tweede kwartaal met 6,5%.

Noord-Amerika

+7,6%

MSCI North America Index

Aandelen in Noord-Amerika hebben goed gepresteerd in het tweede kwartaal. Aandelen­koersen stegen in het tweede kwartaal met 7,6% en daarmee was Noord-Amerika de best presterende regio. Goede bedrijfscijfers lagen hieraan ten grondslag; meer dan 80% van de bedrijven uit de S&P 500 aandelenindex had in het tweede kwartaal cijfers die beter dan verwacht waren. Wel was er wat tegenwind, door de angst voor oplopende inflatie. Die kan in de toekomst invloed gaan hebben op de prijzen van producten en daarmee de winstmarges. De vrees voor inflatie beperkte de stijging van de aandelenkoersen.

Opkomende landen

+3,5%

MSCI Emerging Markets Index

Hoewel sommige landen nog moeite hebben om het corona­virus onder controle te krijgen, was er wel herstel in veel aandelenkoersen zichtbaar. De regio opkomende landen bleef achter bij het wereldwijde herstel, maar dat kwam vooral door China. Ondanks de economische voorspoed was het koersherstel dit kwartaal beperkter dan in andere opkomende landen. 
Aandelenkoersen in de regio opkomende landen stegen met 3,5% in het tweede kwartaal.

Pacific

+0,0%

MSCI Pacific Index

In de Pacific had vooral Japan moeite om het herstel door te zetten. De export is nog onvoldoende hersteld en de groei van de economie bleef achter bij de rest van de wereld. Japan is sterk bepalend voor de koers­ontwikkelingen in deze regio, doordat het land een markt­aandeel van circa 70% in de economie van de Pacific heeft. Aandelenkoersen bleven gemiddeld ongewijzigd dit kwartaal.

Bron: Bloomberg / Morningstar

Gemengd beeld bij obligatiebeleggingen

In Europa is in een aantal landen de kapitaal-marktrente iets gestegen. Dit had een licht drukkend effect op obligatiekoersen. De rentestijging was het gevolg van verbeterde economische vooruitzichten. In de Verenigde Staten steeg de rente enige tijd, ingegeven door inflatieangst. De rente daalde weer nadat de FED aangaf ervan uit te gaan dat de inflatie­stijging van tijdelijke aard is. Doordat de nabije toekomst er economisch goed uitziet, daalde de risico-opslag. Dat is positief voor veel bedrijfs­obligaties. Hierdoor gaven obligaties per saldo een bescheiden positieve bijdrage aan het rendement van de modelportefeuilles.

Overheidsobligaties

Verbeterde economische groeiverwachtingen zorgden voor een lichte rentestijging in Europa. Obligaties van hoge kwaliteit reageerden daarbij het sterkst op renteveranderingen. Door de gestegen rente zijn de koersen van overheids­obligaties in Europa weer iets verder gedaald in het tweede kwartaal. In de Verenigde Staten nam de inflatieverwachting wat af, waardoor de kapitaalmarktrente daar juist iets daalde. Overheidsobligaties daalden in het tweede kwartaal in Europa met 0,6%, maar stegen wereldwijd met 0,5%.

Bedrijfsobligaties

Vanwege het hogere risico zit er op bedrijfs­obligaties een risico-opslag. Deze risico-opslag is ook in het tweede kwartaal iets verder gedaald, door verbeterde economische vooruit­zichten. Dit is positief voor de koersen en zorgde ervoor dat obligaties in Europa stabiel bleven en wereldwijd zelfs iets stegen. In Europa zijn bedrijfsobligaties met 0,3% en wereldwijd met 2,2% gestegen.

Hoogrentende obligaties

Er gingen relatief weinig risicovolle bedrijven failliet. Oorzaken daarvan waren het opvallend sterke herstel van de economie in de Verenigde Staten, de positieve groeivooruitzichten wereld­wijd en steunmaatregelen van overheden. Dit was goed voor de koersen van hoogrentende obligaties die in Europa met 1,4% en wereldwijd met 2,7% zijn gestegen.

Obligaties van opkomende landen

In de meeste opkomende landen was er nauwelijks sprake van renteveranderingen. Omdat wereldwijd de interesse voor risicovollere obligatiebeleggingen weer wat toenam herstelden de koersen iets. Obligaties in opkomende landen in sterke valuta, zoals de US dollar, stegen met 2,5% en obligaties in lokale valuta stegen met 2,6%.

Aan inflatie gekoppelde obligaties

Een groot deel van het tweede kwartaal stond de toegenomen inflatieverwachting in de Verenigde Staten bovenaan de nieuwsberichten. Op jaarbasis nam de inflatie daar in mei zelfs toe tot 5%. Debet hieraan waren de oplopende grondstofprijzen, stijgende transportkosten en prijsstijgingen doordat de vraag groter was dan het aanbod. De FED haastte zich om te melden: “De inflatie is van tijdelijke aard en wij zien voorlopig geen reden om de rente te verhogen”. Dit temperde de toekomstige inflatiever­wachtingen, waardoor de rente wat daalde en de koersen stegen. Aan inflatie gekoppelde obligaties zijn in Europa met 0,4% en wereldwijd met 2,6% gestegen.

Netto rendement obligatiecategorieën

1 april 2021 t/m 30 juni 2021


-0,6
0,5
0,3
2,2
1,4
2,7
2,5
2,6
0,4
2,6
-1%
-0,5%
0%
0,5%
1%
1,5%
2%
2,5%
3%
Overheidsobligaties Europa -0,6%
Overheidsobligaties wereldwijd 0,5%
Bedrijfsobligaties Europa 0,3%
Bedrijfsobligaties wereldwijd 2,2%
Hoogrentende obligaties Europa 1,4%
Hoogrentende obligaties wereldwijd 2,7%
Obligaties opkomende landen HC 2,5%
Obligaties opkomende landen LC 2,6%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 0,4%
Inflatie gekoppelde obligaties wereldwijd 2,6%
-0,6
0,5
0,3
2,2
1,4
2,7
2,5
2,6
0,4
2,6
-1%
0%
1%
2%
3%
4%
Overheidsobligaties Europa -0,6%
Overheidsobligaties wereldwijd 0,5%
Bedrijfsobligaties Europa 0,3%
Bedrijfsobligaties wereldwijd 2,2%
Hoogrentende obligaties Europa 1,4%
Hoogrentende obligaties wereldwijd 2,7%
Obligaties opkomende landen HC 2,5%
Obligaties opkomende landen LC 2,6%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 0,4%
Inflatie gekoppelde obligaties wereldwijd 2,6%
-0,6
0,5
0,3
2,2
1,4
2,7
2,5
2,6
0,4
2,6
-1%
0%
1%
2%
3%
4%
Overheidsobligaties Europa -0,6%
Overheidsobligaties wereldwijd 0,5%
Bedrijfsobligaties Europa 0,3%
Bedrijfsobligaties wereldwijd 2,2%
Hoogrentende obligaties Europa 1,4%
Hoogrentende obligaties wereldwijd 2,7%
Obligaties opkomende landen HC 2,5%
Obligaties opkomende landen LC 2,6%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 0,4%
Inflatie gekoppelde obligaties wereldwijd 2,6%
-0,6
0,5
0,3
2,2
1,4
2,7
2,5
2,6
0,4
2,6
-1%
-0,5%
0%
0,5%
1%
1,5%
2%
2,5%
3%
Overheidsobligaties Europa -0,6%
Overheidsobligaties wereldwijd 0,5%
Bedrijfsobligaties Europa 0,3%
Bedrijfsobligaties wereldwijd 2,2%
Hoogrentende obligaties Europa 1,4%
Hoogrentende obligaties wereldwijd 2,7%
Obligaties opkomende landen HC 2,5%
Obligaties opkomende landen LC 2,6%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 0,4%
Inflatie gekoppelde obligaties wereldwijd 2,6%

Bron: Bloomberg / Morningstar